Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want het schepsel is der ijdelheid onderworpen, [58]niet gewillig, maar [59]om diens wil, die het [der ijdelheid] onderworpen heeft; 58. Dat is, niet vanzelf, of naar de orde, die God eerst in de schepping gesteld heeft; want geen schepsel zoekt zijn eigen verderf. Zie ook vs.38,39. 59. Dat is, om de zonde des mensen wil, waardoor ook naar Gods rechtvaardig oordeel de vloek over het aardrijk is gekomen; Gen.3:17, en over alle andere creaturen die den mens in deze verdorvenheid moeten dienen. Matth.5:45, en het misbruik des mensen onderworpen zijn.